Een meisje fietst in flinke vaart langs met een telefoon tegen haar oor.
Ze praat hard.
“Ik ben er over tien minuten, waar zie ik jullie?”
“Ik ben er over tien minuten, waar zie ik jullie?”
Een meisje fietst in flinke vaart langs met een telefoon tegen haar oor.
Ze praat hard.
“Ik ben er over tien minuten, waar zie ik jullie?”
“Ik ben er over tien minuten, waar zie ik jullie?”