De lezer is van het allergrootste belang voor je verhaal. Zonder hem of haar, fictief of niet, blijft het dode materie, gedrukte inkt op pagina’s die het licht nooit zien. Dus schrijf je niet van a naar b, naar c en naar apotheose d. Je verhaal moet de lezer kietelen. Alle prikkels richt je in de juiste richting, en daarmee stuw je je lezer over je eigen achtbaan van a naar b via c onvermijdelijk richting apotheose d.
Welke lezer wil je prikkelen? En welke ben je bereid om af te stoten?