Kagemusha, de dubbelganger en schaduwkrijger, gaat zijn ondergang onherroepelijk tegemoet. Hij weet dat net zo goed als wij, maar hij wil niet anders handelen en dat maakt van hem een tragische held en dat maakt Kagemusha tot een ware tragedie. Het is echter maar de vraag of het een goede tragedie is.
Zelf ben ik geneigd te zeggen dat het inderdaad een goede tragedie is, niet meer dan dat. Het is geen geweldige of sublieme tragedie. Wel is het een fantastisch spektakel, met grootse gevechtscènes, oogstrelende beelden, een genot om naar te kijken, maar eigenlijk is het allemaal net wat te langdradig, hoewel ik toch het idee kreeg dat voor alle elementen precies genoeg tijd wordt genomen en dat tot in de finesses wordt uitgebeeld wat wordt gezegd. Kurosawa verstaat zijn vak.
Zijn vak is echter regisseur, en het schrijven van een sublieme tragedie is voorbehouden aan de specialisten op dat vlak. Geen wonder dat Kurosawa het schrijven bij zijn volgende film heeft overgelaten aan de grote meester, William Shakespeare. Ook daar voelen we dat langzame tempo, maar Ran is geen moment langdradig. En waarschijnlijk ligt dat niet alleen aan King Lear, die meesterlijke tragedie. Het ligt ook aan het simpele feit dat de regisseur goed thuis is in het genre en elke wending en gemoedstoestand perfect aanvoelt en uit weet te beelden. Hij heeft dan ook heel gedegen geoefend en zelfs met die oefening zet hij ons nog altijd een mooi avondje film voor.