Afschuw heerst na de aanslagen in en rondom Parijs op de redactie van Charlie Hebdo, politieagenten en een supermarkt. En dat is niet vreemd als het geweld zo dichtbij in Europa toeslaat. Toch zijn de schietpartijen niet de grootste oorzaak van de angst die mij bij de keel heeft. Daarvoor zorgen de reacties op de gebeurtenissen die iedereen overal te pas en te onpas met veel bombarie ventileert. Steeds als ik weer de fout maak om naar beneden te scrollen naar de reacties onder een artikel komt die angst me in golven tegemoet, in de vorm van de roep om oorlog, de roep om maatregelen, wijzende vingers naar vijandsbeelden en nog veel meer van dat ondoordacht radicalisme waarin de gematigde stemmen als eenzame drenkelingen verzuipen.
Dat doet me pas echt de haren te berge rijzen.
De tijd om me in de discussie te mengen kwam toen een vriend op Facebook zijn duit in het zakje deed. ‘Waarom worden mensen die voor IS hebben gestreden niet gewoon opgepakt en berecht als krijgsgevangenen?’, was in het kort zijn vraag. En als het zo dichtbij komt moet ik wel reageren, want aan een vriend ben je verplicht tegengas te geven.
Het excuus voor zijn uitspraak was vervolgens verbluffend simpel: zijn roep om maatregelen was ingegeven door emotie. Na de verschrikkingen van afgelopen week was hij gewoon niet altijd even rationeel.
Natuurlijk is het heel begrijpelijk dat de emoties de overhand nemen. Het was namelijk een emotionele week waarin iedereen op zijn eigen manier chocola probeerde te maken van het onbegrijpelijke: idioten die als een Russische roulette mensen neerknallen in naam van een abstracte grootheid die voor ons niet eens bestaat. Hoe zou je onder druk daarvan je emoties in bedwang kunnen houden?!
Toch zijn die emoties wat mij betreft alleen een verklaring voor dit gedrag, geen excuus.
In deze collectief emotionele bui worden allerlei dingen geroepen die grote ongewilde gevolgen kunnen hebben. Want wat is er allemaal niet nodig voor het ‘gewoon oppakken en berechten als krijgsgevangenen’? Waarschijnlijk een hele lading meer bevoegdheden voor de geheime diensten, profilering van alle Nederlanders, een algemene staat van oorlog. Roep maar direct de staat van beleg uit, avondklok en samenscholingsverbod, alles voor de veiligheid! Dat is vast niet wat mijn vriend wil, maar hij roept er wel om.
En dat mag dan gebeurd zijn in een vlaag van emotionele verstandsverbijstering, het kan niet zomaar worden teruggenomen. Wat gezegd is blijft gezegd. Mensen hebben het gelezen, ze hebben erop gereageerd, gaan erop in, betuigen hun bijval, bevestigen elkaars mening en zo krijg je een vliegwieleffect dat onbeheersbaar wordt en zomaar kan uitmonden in een verkiezingsuitslag die we later allemaal betreuren, maatregelen die maar lastig zijn terug te draaien, privacy die ineens schrijnend op de tocht staat, alleen maar omdat de reagurende meerderheid precies geeft wat de terroristen willen: regerende angst.
Zeker, zelf kan ik het volgende slachtoffer zijn van de terroristen, of, erger nog, iemand waar ik van houd. Maar toch ben ik vele malen banger voor onze emotionele reacties dan voor terroristen. Die schutters kunnen onze samenleving namelijk niet kapot maken. Zij kunnen alleen een paar onschuldige mensen neerschieten of opblazen. Hoe gruwelijk dat ook is, het zijn redelijk beperkte gebeurtenissen. Onze reacties maken ze pas echt groot en ontwrichtend. En daarin heeft ieder van ons een duidelijke verantwoordelijkheid. Wij zelf kunnen onze maatschappij veel erger geweld aandoen dan terroristen, door uit angst voor onze vijandsbeelden de rechtsstaat op de helling te zetten.
Dat is geen collectieve emotie, dat is collectieve waanzin.
We zijn allemaal bang. Wie nu niet bang is, is volkomen ongevoelig of een volstrekte idioot. Maar we moeten niet denken dat we zomaar dingen moeten roepen waarvan we de consequenties niet kunnen overzien. Dat is niet gratuit, dat heeft gevolgen. Met die uitspraken brengen we namelijk dichterbij wat we wensen, met alle neveneffecten die daar bij horen. En dan is het te laat om onze woorden nog in te slikken.
Sander, ik ben het helemaal met je eens. Men roept maar wat tegenwoordig, zonder na te denken over de gevolgen.